Er is een trilling die niet via woorden tot je spreekt.
Een roep die je niet hoort met je oren,
maar met de binnenste lagen van je Ziel.

Wanneer de klanken van walvissen klinken — diep, gedragen, vloeibaar —
is het alsof iets ouds in jou begint te zingen.
Niet luid, niet scherp.
Maar zacht en onontkoombaar, als een herinnering
die nooit vergeten is geweest.

Lang voordat taal werd gevormd,
waren er golven van communicatie die gingen
van hart tot hart,
van water tot cel,
van sterren tot lichaam.

De walvissen bewaren dat geheugen.
Niet als archief,
maar als levend veld.
Zij zingen niet om te vertellen,
maar om te herinneren.

Soms, als je hun lied hoort,
zie je beelden —
een zinkend continent,
lichtlichamen die zich voortbewegen in zee,
een gouden stad onder het wateroppervlak.

Soms is het alleen gevoel —
een trilling van thuis,
een zachte weemoed die nergens verdrietig van is,
alleen… diep.

Soms is het alleen stilte,
waar geen klank nog nodig is.

En in die stilte herken jij het:
Jij wás daar.
En jij bént nog steeds deel van dat lied.

 

Als je dat wil, kun je nu luisteren.
Niet met je hoofd.
Maar met je water.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.